Eigen tomaten eerst

Zonder nu meteen over het weer te gaan klagen, zoals goeie Hollanders en misschien ook wel goeie (amateur) tuinders doen, wil ik toch even kwijt: wat is het koud!

Vorige week zag het er heel hoopvol uit. Mijn tuinkleren weer uit de kast gehaald, mijn dunlop-laarzen weer tevoorschijn getoverd en op naar mijn volkstuin. Schoffelen, spitten, frambozen herplaatsen, koeiemest uitstrooien. En, iets waar ieder volkstuinder-hart sneller van gaat kloppen: zaaien.

Nu nog in de kas om straks, als de nachten echt vorstvrij zijn (na IJsheiligen) de zaailingen buiten te kunnen uitplanten voor een vroege oogst.

Mijn tuinbonen, blauwschokkers en doperwten zijn dus vorige week de zaaibakken in gegaan, maar na al die vorst van de afgelopen dagen vrees ik het ergste.

Mijn grootste angst zijn altijd de muizen die, als het allemaal weer rustig geworden is in mijn kas, zich te goed doen aan al die lekkere zaden. Daarom leg ik op ingenieuze wijze glasplaten over mijn zaaibakken die voor bescherming en wat extra warmte zorgen. Afgelopen week waren het niet de muizen, maar de vorst die de grote bedreiging vormde voor mijn aankomende oogst.

Al jaren kweek ik ook tomaten in mijn kas. Ikzelf hou het meest van kerstomaatjes: uit mijn eigen kas zijn dat net kleine snoepjes en B en T zijn er helemaal wild van. Maar voor kerstomaatjes heb je eigenlijk niet echt een kas nodig. Kerstomaten en kleine ronde tomaten lenen zich uitstekend om in pot buiten geteeld te worden!

Iedereen aan de tomaat deze zomer en daarom volgt hier de verkorte cursus:

eigen tomaten eerst.

Wat je nodig hebt is een grote pot, gevuld met rijk organisch materiaal.

Zaai de kerstomaten (bijvoorbeeld: Sweet 100 F1 of Cherissita) eerst binnen. Ze hebben warmte nodig om te ontkiemen en buiten lukt dat niet. Als de zaadjes gekiemd zijn moet je uitdunnen. Dat doet mij altijd pijn want al die zaadjes hebben zo hun best gedaan om voor mij te groeien. Echter, ze kunnen gewoon niet allemaal in de pot blijven staan, da’s veel te vol.

Hou er (even afhankelijk van de grootte van de  pot) 3 of 4 over. Als het niet meer vriest buiten en de plantjes zijn een beetje stevig aan het worden, zet je de pot op een zonnige, windstille plaats. Mochten de dag- en nachttemperaturen te erg verschillen, moet je de eerste paar dagen de pot ’s avonds weer even binnen zetten.

Tomaten hebben steun nodig bij het groeien, zorg dus dat je in de pot ook nog per plant een (bamboe) stok kwijt kunt. Naarmate de plant groter worden, bind je hem met een touwtje iedere keer opnieuw aan (de stok).

En dan is het een kwestie van regelmatig water geven en wachten tot de eerste bloemetjes en daarna tomaatjes zich gaan vormen.

Oh ja, dat water geven is nog een klein dingetje: geef water onderaan op de grond, niet met een sproeikop over de hele plant. De hoeveelheid water beïnvloed niet alleen de productie van de plant, maar ook de kwaliteit, hardheid en de smaak van de tomaatjes. Minder water leidt tot kleinere maar smaakvollere vruchten. Te veel water kan leiden tot het openknappen (en daarna schimmelen) van je oogst. Pas daarom bij het buiten telen van je tomaten het water geven aan aan de weersomstandigheden.

Nou, ik ben benieuwd, wie gaat de uitdaging aan en eet deze zomer tomaten uit eigen tuin?

En voor de echte durfals: tomaten omgekeerd hangend in emmers! Succes!